Dag 42: Van Raddusa naar Roccazzo

Tussen Kunst en Kitsch

Vandaag ben ik al vroeg bij de opgravingen van Morgantina. Dat was een onverwacht interessante belevenis. In de middag ben ik doorgereden naar Calatagirone om daar het stadje te bekijken en om het keramiekmuseum te bezoeken. (55 km)

Geen toegang tot Morgantina

Ik hoef niet zo vroeg op te staan omdat de archeologische site van Morgantina om 9.00 uur opengaat en ik de nacht heb doorgebracht op de nabijgelegen parkeerplaats die vol staat met olijfbomen. Rond 9.00 uur loop ik naar de ingang maar er is niemand te bekennen en er zitten grote sloten op de toegangshekken. Ik besluit nog een half uur te wachten (zoals hier te doen gebruikelijk is) om het dan nog een keer te proberen. Maar ook na dat half uur is er nog niemand te bekennen. Ik geef ze nog een half uur met hetzelfde resultaat: niemand aanwezig, alles op slot.

Ik heb intussen een telefoonnummer gevonden en informeer of er wellicht andere openingstijden zijn maar dat blijkt niet het geval te zijn en het toeristenbureau vertelt me dat de site open moet zijn ik krijg twee andere telefoonnummers om verder te informeren en de vriendelijke dame zal zelf ook nog bellen om uit te vinden wat er aan de hand is. Ik bel de andere nummers en er wordt me verteld dat de site om 10.30 open gaat.

Even voor half elf komt er een autootje aan racen met daarin de beheerder. We staan inmiddels met ca. 10 mensen te wachten. De man is ontstemd en reageert als een soort Basil Fawlty door het bezoek allemaal onzinnige verwijten te maken. En wij reageren geïntimideerd zoals de hotelgasten ook op een woedende Basil Fawlty reageren.

De stad Morgantina

Maar goed we zijn binnengekomen. Ik had niet zo heel hoge verwachtingen van dit bezoek en in eerste instantie blijkt dat ook de kloppen. Je loopt eerst een paar honderd meter door de voormalige woonwijken van de oude stad. Daar is niet veel meer van over dan de fundamenten en die ken ik inmiddels wel. Soms is nog een mozaïekvloer te ontdekken maar blasé geworden door het vele moois dat ik tijdens deze reis al ben tegengekomen kan er niet meer van af dan: een aardig vloertje. Beseffende dat in Nederland museumdirecteuren elkaar de kop zouden inslaan als ze zo een vloertje in hun collectie konden opnemen.

Maar na een paar honderd meter over de centrale stadsweg die van west naar oost voert te lopen kom ik een heuvel over die een uitzicht biedt over het belangrijkste deel van de stad: de agora. En dat is verbluffend. Niet dat er ook maar één gebouw nog overeind staat maar je krijgt een heel duidelijk beeld van hoe een agora er destijds uitgezien moet hebben en welke functies aan de agora toegedacht waren. Bovendien helpt het dat de informatieborden tekeningen bevatten in de kijkrichting van het bord en dat je dan het heden kan vergelijken met het verre verleden.

De agora

Het is een supergrote agora. Ik schat dat de omvang ca. 100 meter bij 200 meter is. De agora was vroeger geheel omsloten met een stoa (zuilengang) met daarachter allerlei ruimtes waarin o.a. overheidsdiensten waren gehuisvest.

Via de hoofdweg kom ik aan de noordzijden van de agora binnen bij een cluster overheidsgebouwen aan de ene kant en een watervoorziening aan de andere kant.

Dan verderop naar het zuiden is een grotendeels overdekte markthal te zien met handelsruimten en kantoren voor de handelaren.

Weer iets verder naar het zuiden zijn heel brede trappen in de vorm van trapezia aangelegd om van het lagere deel van de Agora naar het hogere gedeelte te klimmen. De trappen werden ook gebruikt voor het houden van volksvergaderingen.

Ten westen daarvan is dan een mooi gerestaureerd Amfitheater te zien waarvan grote delen van het voorgebouw nog te zien zijn.

Tenslotte zijn nog de restanten te zien van de heiligdommen van Demeter en Persephone te zien. Demeter stond op een voetstuk. Het beeld is nu te zien in het museum van Aidone. Van Persephone bevindt het heiligdom zich ondergronds; ze was immers gedoemd om de helft van het jaar in het schimmenrijk door te brengen. De ingang is nog goed te zien waar vele honderden votiefbeeldjes gevonden zijn als offer.

Kortom, als je je er open voor stelt krijg je een heel goede indruk hoe een Agora functioneerde van een welvarende en relatief grote stad.

Op weg naar Caltagirone

Na de lunch vertrek ik naar Caltagirone. Het is een mooie route over goede wegen met schitterend bloeiende bermen. Caltagirone heeft een aantrekkelijke binnenstad met heel veel oude en vaak verwaarloosde gebouwen.

Ook zijn er veel grote kerken. Ze zijn alle gesloten. Bijzonder bij de Duomo is dat het onderste en achterste gedeelte van de dom dienst doet als garages en als garagebedrijf. Hoe profaan wil je het hebben.

De trap die leidt naar de Santa Maria del Monte is bijzonder. Het is een trap met 142 treden. Alle optreden zijn voorzien van majolicategels. Uiteraard een bezienswaardigheid voor de toeristen en een goede test om de conditie van je longen te meten.

Het keramiekmuseum

Ik heb ongeveer 2 uur door dit gezellige stadje gelopen en wil aan het einde nog een bezoek brengen aan het keramiek museum. Caltagirone meldt trots dat ze de hoofdstad van de keramiekproductie is. Dat komt omdat in de nabije omgeving veel goede klei gevonden wordt. Het is echter de vraag of de claim terecht is. Ik heb vele dorpen en steden in Sicilië gezien die hetzelfde over zichzelf beweren.

Ik heb geen hoge verwachtingen van dit museum. Het is om te beginnen wel prachtig gelegen onder een mooi typisch 19e-eeuws stadspark.

De collectie is erg uitgebreid maar hij kan me niet in vervoering brengen. Italiaanse keramiek is bont van kleur en erg figuratief en het woord kitsch komt dan al snel bij je boven drijven. Ik ben er ook niet langer dan een uurtje geweest.

Grammichele

Tenslotte reis ik aan het einde van de dag naar Grammichele omdat me dat uit stedenbouwkundig oogpunt interesseert. In 1693 is er een vernietigende aardbeving geweest die de hele stad in een puinhoop heeft veranderd. Men heeft toen volgens één samenhangend stedenbouwkundig plan de stad weer opgebouwd. De hele binnenstad is opgebouwd uit zeshoeken en dat heeft men heel sterk doorgevoerd. Ik verkeerde in de veronderstelling dat er ook eenheid in architectuur zou zijn maar dat bleek niet het geval te zijn. Het ziet er allemaal een beetje armoedig en slecht onderhouden uit. Maar het stedenbouwkundig plan was uniek in zijn tijd en nog steeds gaan architecten in opleiding vaak op bezoek in deze stad.

Ik rijd nog een paar kilometer verder naar Roccazzo waar ik een matige overnachtingsplek vind nabij een agrarische coöperatie. Niets bijzonders, dus alle reden om maar snel de ogen te sluiten.

Delen met je netwerk?
(Visited 37 times, 1 visits today)