Camperreis Spanje dag 32; Sevilla

Sevilla

Vandaag op de 32^e dag van de Camperreis Spanje ga ik nog een keer naar Sevilla. Ik bezoek het Real Alcazar. Daarna loop ik nog een stuk door de oude Joodse wijk Santa Cruz.

Vandaag wil ik in Sevilla het Real Alcazar (met klemtoon op tweede lettergreep en niet op de derde lettergreep). Ik vertrek niet zo heel vroeg omdat het nog slecht weer is. Het heeft vannacht ook weer heel hard geregend. Maar in de loop van de ochtend zal het beter worden.

De bustocht naar Sevilla is al een avontuur op zich. De bussen zijn in het algemeen heel oud, maken veel lawaai en worden in het algemeen bestuurd door chauffeurs met formule 1 ambities (ze zijn overigens heel aardig en behulpzaam). Dat levert hier in Spanje geen negatieve reacties op van de passagiers. Nee, ze moedigen het zelfs aan. Twee keer rijdt de bus door rood licht. Veel stoelen zitten niet goed vast en de stangen waar je je aan moet vasthouden zitten vaak los aan de onderkant zodat je als een aap aan een liaan door de bus heen kunt vliegen. Ik heb het weer overleefd

Real Alcazar

Ik kom om 11.00 uur aan bij het Real Alcazar en wat ben ik blij dat ik via internet een toegangskaart gekocht heb. Ik kan gelijk doorlopen terwijl degenen die geen kaart hebben in een rij van zeker 100 m. moeten aansluiten.

Het paleiscomplex is waarschijnlijk het oudste koninklijk paleis van Europa dat nog steeds als zodanig in gebruik is. Niet als woonpaleis maar als optrekje waar de Koninklijke familie verblijft als ze in Sevilla zijn en gasten moeten ontvangen. Het is één van de beste voorbeelden van Mudéjar-architectuur, een bouwstijl in het door de christenen veroverde Spanje die sterk beïnvloed was door de voorgaande Moorse cultuur. Het Alcázar staat, samen met de kathedraal van Sevilla en het Archivo General de Indias, op de Werelderfgoedlijst van Unesco.

Anders dan bij andere vergelijkbare complexen, is hier het Moorse gedeelte behoorlijk gerespecteerd. Er is wel veel bijgebouwd tot in de periode van de gotiek. Bijzonder vond ik dat ook in deze bijgebouwde complexen de Moorse invloed nog steeds zichtbaar is, evenals in de tuinen. Er is veel aandacht besteed aan de fonteinen en waterlopen die zo van belang zijn in de Moorse cultuur.

Oorspronkelijk stond op de plek van het Alcázar een Romeins fort. De eerste kalief van Al-Andalus gaf opdracht om er een kasteel te bouwen. Na de overwinning van Alfons X op de Moren werd het complex door de eeuwen heen uitgebreid. In de 14^e eeuw gaf Koning Peter I opdracht tot de bouw van de huidige Alcazar. Hij gebruikte veel Moorse bouwmeesters, die het rijk versierde paleis een duidelijk Moorse stijl gaven. De latere koningen breidden Het Alcázar aanzienlijk uit. Zo voegde keizer Karel V in de 16e eeuw elementen in gotische en renaissance-stijl toe aan het paleis.

Een bekend deel van het paleis is de Patio de las Doncellas. Deze patio werd aangelegd door Moorse bouwmeesters in opdracht van Peter I. Centraal in de patio is een langwerpige vijver, omgeven door verzonken tuinen en een galerij die toegang geeft tot ontvangstzalen. De bovenetage (winterpaleis) in Italiaanse renaissancestijl werd toegevoegd tijdens de regeerperiode van Karel V.

Het paleiscomplex omvat ook het Casa de Contratación (“contracthuis”), gebouwd in 1503 in opdracht van Isabella I van Castilië. Daar werd de handel met de Nieuwe Wereld geadministreerd en werd er ook een zeevaartschool opgericht onder leiding van Amerigo Vespucci.

In de kapel van het Casa de Contratación ontving het koningspaar Ferdinand en Isabella de ontdekkingsreiziger Christoffel Columbus na zijn tweede reis naar Amerika.

Verder zijn er o.a. het slaapvertrek, de dinerzaal, de ontvangstzalen van de ambassadeurs te zien. Het is allemaal indrukwekkend maar of het nu echt een bewoonbaar paleis is, daar zet ik mijn vraagtekens bij.

Het paleiscomplex omvat ook uitgestrekte tuinen in verschillende stijlen, van Moors tot renaissance. Ook die tuinen zijn heel sfeervol. Wel valt het slechte onderhoud op. Maar dat ligt wellicht aan het droge en warme klimaat waarvan ik overigens nog niet het bewijs gezien heb.

Na het bezoek loop ik nog een uurtje door de voormalig Joodse wijk Santa Cruz. Weer zo’n sfeervolle wijk. Het is zondag maar toch is de stad heel levendig. Spanjaarden houden er van om door de stad te flaneren en er hun lunch te gebruiken. Het verhoogt de sfeer van de stad aanzienlijk waardoor de toeristen de stad minder domineren.

Rond 16.30 uur ben ik thuis. Voorlopig even genoeg stedenbezoek gehad. Ik ga vanavond uitzoeken wat ik morgen ga doen.