Camperreis Griekenland dag 4: Van Roseto op weg naar Patras

Via Brindisi naar Patras

De vierde dag van de Camperreis Griekenland is (hoop ik) de laatste lange reisdag. Ik volg niet meer de autostrada maar volg de oude snelweg die voor een groot gedeelte langs de Adriatische Zee loopt om uiteindelijk in Brindisi aan boord van een Ferry te gaan die mij naar Patras brengt.

Goed geslapen en weer vroeg opgestaan. Eerst ontbeten, de bus schoongemaakt en de tekst voor de blog geuploaded. Om 8.00 uur rijd ik al weg en ik ga eerst de autostrada op om water te tanken en te lozen en het toilet te ledigen. Alles is goed gegaan. Daarna weer van de autostrada af. Ik hoef vandaag ‘maar’ ca. 400 km te rijden en ik kies er voor om de oude hoofdverbinding tussen noord en zuid te nemen. Al vrij snel kom ik een Fiat-garage tegen. Ik vraag of ze even naar mijn probleem kunnen kijken. Helaas spreekt geen van allen Engels of welke andere taal dan Italiaans dan ook.

Bij de receptie komt een man binnen met krulhaar en een klein intellectuelen brilletje op. Hij blijkt de charmante hoofd technicus te zijn. Met een buiging laat hij mij voorgaan op weg naar mijn auto. En met handen en voeten en een paar gemeenschappelijke woorden communiceren wij. Alsof hij als arts een zieke patiënt bezoekt, onderzoekt hij met een klein zaklampje de auto. “Niveau aqua normale?” “Molto normale”. “No aqua (en hij maakt een gebaar dat verliezen betkent)”. “No aqua (en ik maak ook het verlies gebaar).” “Molto bene!!!” “Air Condition OK?”. “Non so”.

Hij probeert de airco en die werkt niet. Hij kijkt naar de radiator. Die van het koelsysteem is in orde en werkt uitstekend hetgeen hij verwoordt met een “molto bene”. Terwijl hij zijn vingers van zijn rechterhand op elkaar legt en zijn nagels kust en de kus in de lucht gooit. Dat is dus in orde. Dan onderzoekt hij ook de rest van de schade. “No problem” Aha, hij kent dus toch Engels.

Voor de zekerheid zet hij een los onderdeel vast en constateert: “Tutti e bene! Molto bene! E Securo!!!” Op dat woord zat ik te wachten. Hij gesticuleert dat ik veilig verder kan reizen. Als ik vraag hoeveel het onderzoek kost, want hij is ruim een half uur er mee bezig geweest, kijkt hij mij beledigd aan en gebaart dat ik weg kan rijden en zwaait me vrolijk uit. Wat  een leuke en charmante monteur! Daar moeten we er meer van hebben in Nederland!

Op weg naar Brindisi

Dan ga ik dan toch op weg naar Brindisi. Ik rijd eerst door een landschap met in de verte besneeuwde bergen. Het ziet er romantisch uit maar als ik vervolgens het richtingbord Aquila tegen kom besef ik dat de realiteit meerdere facetten kent. Daarna rijd ik over een heuvelachtige weg die over tientallen kilometers van nieuw asfalt wordt voorzien. Ik kom door schitterende stadjes en dorpen die over prachtige villa’s en herenhuizen beschikken met uitzicht op de blauwe Adriatische Zee. Maar ik kom ook door dorpen waar het massa toerisme van start is gegaan met alle gruwelijkheden van dien: afschuwelijke appartementen complexen, veel eethuizen en souvenirshops maar omdat het vroeg in het seizoen is maakt het een extra desolate indruk.

Daarna rijd ik door een totaal ander gebied. Helemaal vlak. Spaarzame velden met wijnstokken, enkele olijfboomgaarden, veel gesloten restaurants en afgebroken benzinestations en heel veel braakliggend terrein. Ik wil er foto’s van maken maar de vluchthavens zijn werkelijk vrijwel alle bezet door prostituees die op deze weg hun klanten opdoen. Sommigen zitten passief op een plastic stoeltje te wachten en spelen met hun telefoon. Een enkele andere maakt er meer werk van door de broek naar beneden te trekken en het achterwerk schommelend te vertonen. Er zitten ook veel zwarte mensen bij. Het laat zich raden welke ellende er hier achter schuil gaat.

Dan kom ik bij Bari aan. Ik dacht dat dat een redelijk welvarende stad was. Maar het tegendeel blijkt waar. Woonkazernes en een snelweg die beter beschreven kan worden als een grindweg. Men is wel bezig om een nieuwe asfalt laag aan te brengen. Maar dat wekt veel verwarring. Op een stuk waar volgens mij 6 rijbanen moeten komen is geen enkele markering aangebracht. Dus al die Italianen beginnen maar een stuk in het rond te rijden in de hoop er onbeschadigd uit te komen ook al doen ze daarvoor niet echt hun best. Ik ben verbaasd dat ik er ook goed doorheen kom.

 

Inscheping voor Patras

Dan gaan we op weg naar Brindisi waar ik de boot naar Patras moet nemen. Op weg naar Brindisi rijd ik door een landschap dat vrijwel geheel bestaat uit olijfboomgaarden, waar heel oude tussen zitten. Het lijkt wel of de wereldproductie van olijven hier plaatsvindt. Brindisi ziet er veel welvarender uit dan Bari. Maar ik word doorgeleid naar het havengebied en dat zijn niet de meest vrolijk stemmende wijken. Inchecken gaat heel snel; er zijn niet veel passagiers en ook niet veel auto’s: een enkele vakantieganger en voor het overgrote deel vrachtauto’s die naar Albanië gaan. Vóór mij wordt een Italiaanse auto met zichtbaar Albanese mensen door de douane volledig gecontroleerd. Niets gevonden. Ik hoef maar mijn kaartje op te steken en ik kan doorrijden. Wat een rare wereld.

Aan boord van het schip blijkt dat je niet mag overnachten in de camper die op het autodek staat. Dat dek wordt afgesloten. Daar was bij de reservering niets over vermeld. Het betekent dus dat je 16 uur lang moet hangen in ongemakkelijke stoelen. De meeste mensen hebben een hut gereserveerd. Om morgen niet gebroken aan de dag te beginnen reserveer ik ook maar een hut. De boot vertrekt stipt om 21.00 uur en zal morgen om 13.00 uur in Patras aankomen. Na even wat gedronken te hebben ga ik rond 23.00 uur naar bed en slaap geweldig in de bovenkooi.

Delen met je netwerk?
(Visited 606 times, 1 visits today)